Willemien Regter: de laatste petroleumverkoopster

In 1877 brandt de Willemskazerne van Utrecht tot de grond toe af. Caféhouder Bleumer moet iets anders gaan doen.

 
De tapperij met logiesverblijf staat naast het kazernegebouw in de Ridderschapstraat. In 1877 staat de tapperij verlaten naast de resten van de afgebrande kazerne. Met de brand verliest de tapperij haar klanten. Bleumer bezit ook een ruime tuin aan de Ridderschapstraat doorlopend tot het Wolvenplein. Bij het café is ook een verpachte grutterij.

Dochter Bleumer is getrouwd met de muziekonderwijzer Anton van Schaik en zij erven het bezit aan de Ridderschapstraat. Zij veranderen de ruime tuin bij de tapperij in een woningbouwlocatie.

Rond 1873 komen aan het Wolvenplein 4 kleine woningen te staan. Tien jaar later zijn het de twee zonen van Van Schaik die er nog zes bij bouwen. Drie woningen aan het Wolvenplein in plaats van een stal en koetshuis en drie woningen aan de Ridderschapstraat, de voormalige tuin. Het zijn tien kleine woningen voor de verhuur. De investeringskosten zijn gering en door de grote woningnood kan een verhoudingsgewijs hoge huur worden gevraagd. Dit type huis wordt daarom wel  huisjesmelkers woning genoemd. De tien woningen Ridderschapstraat 35, 37 en 39 en Wolvenplein 13 tot en met 18 blijven allen eigendom van de Van Schaiks.

De gemeente zou in het kader van de woningnood eerder grote woningen wensen. Woningen op meer verdiepingen vragen echter hogere investeringen. Er zijn geen mogelijkheden om dit af te dwingen, een bestemmingsplan met o.a. een voorgeschreven dakgoothoogte bestaat nog niet.

De drie kleine huizen in de Ridderschapstraat; vervangen  in 1960 en 1991, 
de foto is uit 1957 van G.J.C.A. Smilda (HUA52479)
De huisjes houden het aanmerkelijk lang vol. De familie Van Schaik verkoopt op twee na alle woningen in 1890. Ridderschapstraat 37 en 39 houden ze aan tot 1911 en deze woningen worden door huurders Verhaar gekocht en nog ruim 35 jaar bewoond en vervolgens even lang verhuurd door een andere eigenaar. 
 
Verhaar is afkomstig uit Vinkeveen en wordt handelaar in brandstoffen, voornamelijk turf. In 1960 worden deze twee huisjes vervangen, ongetwijfeld afgeleefd na bijna 90 jaar. De daarvoor in de plaats gekomen nieuwbouw op Ridderschapstraat 37 en 39 werd als stalling voor bakker Top en groenteboer Tersteeg gebruikt, met van meet af aan met verhuur van kamers op de bovenverdiepingen.

Het derde huisje Ridderschapstraat 35 wordt van 1890 tot 1986 bewoond door de familie Regter. Dochter Willemien Regter woont er op latere leeftijd alleen en heeft een deel van de brandstoffenhandel van Verhaar overgenomen. Zij verkoopt heet water en petroleum vanuit haar woonkamer. Vooral op maandagochtend (de was) en zaterdagmiddag (het bad) is de vraag naar heet water groot. Naar petroleum blijft nog vraag tot in de jaren zeventig voor o.a. petroleumstellen.
Willemien is in 1986 overleden en heeft haar huisje nagelaten aan de kerk. Het wordt verkocht aan een aannemer. Hij begint het huis van binnen al te slopen zonder bouwvergunning. Zijn plan gaat niet door. De buurman kan het kopen. Drukkerij Pascal heeft in 1991 op deze locatie haar bedrijfsruimte vergroot.

Sloop van het laatste huisje in 1990
Wie meer wil weten over hoe het de andere 7 woningen aan het Wolvenplein is vergaan, het laatste van de 10 oorspronkelijke huisjes staat er nog: Wolvenplein 15.

.