Plompetorengracht 1 - 3, het adellijk huis is nu Theologische Universiteit

Plompetorengracht 1-3 De oorsprong van een adellijk huis
J.W. des Tombe onderzocht de geschiedenis van Plompetorengracht 1-3 en publiceerde deze in 1905. Hij vreesde een onderwijsbestemming voor het pand 


 
Op de foto J.W. des Tombe in huiselijke omgeving, circa 1888


De oudste huizen in het Ridderschapkwartier zijn gebouwd aan het rond 1390 gegraven ontwateringskanaal met de naam Nieuwegracht. Dit deel van de gracht kreeg al snel een vernoeming naar de Plompetoren. Het pand Plompetorengracht 1 is in 1559 verkocht door Cor Gerritszoon uit Woerden aan Gijs Melciorszoon, organist in de Domkerk.
Plompetorengracht 1-3 circa 1930, de 19e eeuwse blinden zijn verwijderd
Wat hebben de namen Van Wijck van Abcoude, De Wael van Vronesteijn, Van Winssen van Hoencoop, Pieck van Wolfsweert en Van Bueren van Zuytoort met elkaar gemeen? Diverse: het zijn achternamen van uitgestorven families, allen van aanzienlijke geslachten met vele bezittingen, ze zijn nu op het internet verenigd, ten vierde zijn ze met familiebanden aan elkaar verbonden en last but not least woonden zij op het adres Plompetorengracht 3 voordat het pand samenging met nummer 1.
 
Het perceel Plompetorengracht 3 is in 1518 nieuw gebouwd voor Willem Janszoon van Wijck van Abcoude - Gaesbeeck bastaardzoon. Van Wijck van Abcoude, ridder en groot liefhebber van astronomie, overlijdt in het jaar 1518 op wat de overlijdensakte vermeld het adres Plompetorengracht 3.
 
Dat was niet het huidige pand, op mogelijk enkele kelders na. Plompetorengracht 3 wordt door Hendrik Pieck en Maria van Winssen in 1657 nogmaals herbouwd. Hendrik en Maria laten geen kinderen na en het pand komt via vererving achtereenvolgens in handen van de boven in het stukje genoemde namen De Wael van Vronesteijn, Van Winssen van Hoencoop, Pieck van Wolfsweert en Van Bueren van Zuytoort, die allen door huwelijken met elkaar verbonden waren.

In 1699 komen beide panden nummer 1 en 3 voor het eerst door verkoop in handen van één eigenaar, de rijke bankiersdochter Agnes Krieckx. Zij is geboren op de gracht op nummer 11 en in haar opdracht ontstaat
de huidige voorgevel van Plompetorengracht 1-3. Alleen de voordeur rechts hoorde er in 1699 nog niet bij, daar was toen nog een steeg te vinden.

Pand nummer 1 kocht Agnes Krieck als vermeld in 1699 en haar moeder woonde al sinds 1691 in nummer 3. Dochter Agnes betrekt de verenigde panden met haar broer Justus. Hij komt na haar te overlijden in 1713. Zus en broer hebben geen van beide kinderen en hun beider erfgenamen verkopen het complete pand enkele jaren later aan Francois van Hessel. Het is in deze tijd het meest originele pand aan de gracht uit vroegere eeuwen, een pand uit de 17e eeuw inclusief mogelijk oudere kelders van het pand met de straatkelders, kluizen genoemd. De betimmeringen in de kelder zijn van historische waarde met bijzondere kelderkeukenkasten:

Een keukenkast  in de kelder heeft
een prachtig open houtsnijwerk 
aan de bovenzijde voor ventilatie
De keukenkast is uit de tijd van Lodewijk XIV. Het opengewerkte houtsnijwerk dient als ventilatierooster voor de kast.

De 19e eeuwse bewoner J.W. des Tombe was getrouwd met jonkvrouw H.J. Martina Beeldsnijder, de dochter van jonkheer Gerard Johannes Beeldsnijder van Voshol en jonkvrouw Martina Adriana Beeldsnijder-van Toulon.
Van 1842 tot 1905 zijn de panden met erf en koetshuis in het bezit van de Beeldsnijders. In 1905 publiceert Des Tombe in het tijdschrift De Navorscher over de geschiedenis van het pand. Was het zijn manier om afscheid te nemen van de Plompetorengracht?

Hij sluit het artikel in de Navorscher af met de woorden: "Moge het pand nog lang in handen blijven van onze deftige burgerij en het gepaard blijven voor de vernedering om tot pakhuis, fabriek of school te worden ingericht, zoals het lot was van zoveel andere fraaie herenhuizen in Utrecht en elders". Zijn vrees kwam al vlot daarna uit.
 
Na 1905 krijgt Plompetorengracht 1-3 net als het koetshuis aan de Ridderschapstraat een andere bestemming. Gedeeltelijk wordt het woonhuis, een ander deel kantoor voor de Nederlandse Bank. Maar het grootse deel van de twintigste eeuw vult het pand zich met muziek, open daarvoor de link Sint Caecilia.

Plompetorengracht 1-3 in 1986, foto T. Schollen RCE
Plompetorengracht 1 en 3 is in de periode 2010-2019 van binnen en buiten grondig vernieuwd en weer net zo prachtig als de foto uit 1986 laat zien. In het pand is elke ruimte uniek geworden of gebleven. Tot maart 2020 was het een gelegenheid voor trainingen, vergaderingen, congressen en bijzondere gelegenheden. Het nuttige en aangename in een historische omgeving.

Het pand is sinds het studiejaar 2022/2023 de Theologische Universiteit Kampen/Utrecht. In september 2022 start het eerste jaar van de bachelor theologie en in 2025 verhuist de volledige universiteit van Kampen naar Utrecht. In 2021 heeft de Universiteit 150 studenten en 30 stafleden. Deze locatie is vooralsnog tijdelijk bedoeld, de komende jaren verwacht de Universiteit te groeien en om te moeten zien naar een definitieve locatie in de stad of een extra pand erbij.
Plompetorengracht 1-3, interieur bovenzaal in 2022


 




.