Woningen worden gebouwd met een te verwachten levensduur van 50 jaar. Toch gaan ze veel langer mee, hoe zit dat?
Op de hoek Ridderschapstraat - Molenstraat staan woongebouwen die al meer dan een eeuw de tijd trotseren. Ze hebben dienst gedaan als grutterij, woonpanden, kroeg, opslag van hout en ten slotte smederij met woning voor strijkijzermaker van Hasselt. Waarom overleven ogenschijnlijk eenvoudige panden de ruim vijftig jaar levensduur waarvoor ze zijn gebouwd?
Op de hoek Ridderschapstraat-Molenstraat staat de kleine winkel van mw. de Winter-Kagenaar, haar ouders zijn daar al in 1830 begonnen. Zij schenkt ook een borrel, wel staande aan de toog te consumeren. De termijn van vijftig jaar is voor het hoekpand al ruim overschreden.
Op de hoek Ridderschapstraat-Molenstraat staat de kleine winkel van mw. de Winter-Kagenaar, haar ouders zijn daar al in 1830 begonnen. Zij schenkt ook een borrel, wel staande aan de toog te consumeren. De termijn van vijftig jaar is voor het hoekpand al ruim overschreden.
Het winkeltje is sinds 1847 in bezit van buurtgenoot Royaards van den Ham. Het huis Ridderschapstraat 22 wordt zijn eigendom in 1883. Het is de negentiende eeuw: de tweede helft daarvan is er veel particulier initiatief. In de stad vinden ook de grote uitbreidingen plaats.
In de jaren rond 1890 is tevens een behoorlijke renovatie van de halve Ridderschapstraat in uitvoering: de oude kazerne is gesloopt. Enkele jaren daarvoor is in de Molenstraat de halve straat gesloopt voor de bouw van een koetshuis met stallen en koetsierswoning. In 1876 heeft Royaards het pand Ridderschapstraat 20 vernieuwd. In dezelfde stijl wil hij in 1884 de hoek met de Molenstraat aanpakken.
Boven is het plan uit 1884 weergegeven voor het nieuwe pand Ridderschapstraat 26 en Molenstraat 19. Maar het moet nog even wachten. Het nieuw te bouwen hoekpand zou wederom een winkelfunctie krijgen voor kruidenierster mw. C.M. de Winter-Kagenaar, maar de 60-jarige weduwe kan het niet aan. Het bouwplan verdwijnt in de ijskast.
Pas na het overlijden van mw. De Winter-Kagenaar in 1899 komt het bouwplan uit 1884 weer tevoorschijn. In 1902 geven eigenaresse weduwe mw. Royaards van den Ham en haar kinderen opdracht voor de nieuwbouw van een aangepast plan voor Ridderschapstraat 22-26 en Molenstraat 19. In 1903 kunnen de nieuwe huurders het pand betrekken, zie de foto onder. Op de winkelhoek zit melkverkoper J.C. Terlouw. Van 1925 tot circa 1930 is het melkverkoper M. Kraaijkamp tot zijn verhuizing naar Ridderschapstraat 9. Door het vervallen van de winkelfunctie heeft het hoekpand inmiddels een andere indeling gekregen.
Een ander hoekpand is Molenstraat – Wolvenplein. De hoek is rond 1860 al volledig gesloopt, er stonden twee 17e eeuwse kamerwoningen. In 1884 is in de straat een nieuw koetshuis met stallen opgeleverd. De hoek blijft langere tijd onbebouwd en is deel van de tuin achter Plompetorengracht 17 en 19. Pas aan het einde van de eeuw is het zover. Wolvenplein 9 en 10 verwelkomt in het eeuwjaar 1900 de eerste bewoners in de beneden- en bovenwoningen.
Eigenaar is de familie Van Sorgen-Römer, zij heeft voor het nieuwbouwplan opdracht gegeven. Vanaf 1910 zit verhuizer Van der Leun met zijn kantoor en huis op 9. Hij heeft ook het koetshuis gehuurd en knechten overgenomen van de eigenaar voor zijn bedrijf. Op nummer 10 woont vrij lang familie J. Davelaar, hij is timmerman en wordt later uitvoerder voor een grotere aannemer.
Bouwplan Ridderschapstraat 22-26 / Molenstraat 19 |
Pas na het overlijden van mw. De Winter-Kagenaar in 1899 komt het bouwplan uit 1884 weer tevoorschijn. In 1902 geven eigenaresse weduwe mw. Royaards van den Ham en haar kinderen opdracht voor de nieuwbouw van een aangepast plan voor Ridderschapstraat 22-26 en Molenstraat 19. In 1903 kunnen de nieuwe huurders het pand betrekken, zie de foto onder. Op de winkelhoek zit melkverkoper J.C. Terlouw. Van 1925 tot circa 1930 is het melkverkoper M. Kraaijkamp tot zijn verhuizing naar Ridderschapstraat 9. Door het vervallen van de winkelfunctie heeft het hoekpand inmiddels een andere indeling gekregen.
Ridderschapstraat 20, nummer 22-24 en Molenstraat 19 in circa 1902 |
Nieuwbouwplan uit 1899 van Wolvenplein 9 en 10
op de hoek met de Molenstraat |
Heeft duurzamer bouwen dan voor 50 jaar wel zin? Algemeen
wordt onderkend dat het geen zin heeft. Dat geldt voor de kwaliteit van
materialen en de constructies. Bij een hogere duurzaamheid is de investering aanmerkelijk hoger en de kans dat het huis na 50 jaar sterk
verouderd is, blijft even groot. Toch zijn de panden inmiddels ruim een eeuw oud.
Met duurzame vernieuwingen wordt de vijftig jaar
levensduur ruim gepasseerd. Ridderschapstraat 22/24 gaat in de geschiedenis nog een
gedenkwaardige rol spelen, het wordt roofgoed in WOII. Wie meer wil weten over de smid van strijkijzers, klik op Van Hasselt.
.
.