De eerste kranten in de stad Utrecht

De prinsgezinde uitgeefster van de Stichtsche is de stad ontvlucht. De Bataafse tijd in Utrecht begint zonder krant. Daar komt al snel verandering in.


De raad van de gemeente Utrecht geeft in 1797 aan boekhandelaar Van der Schroeft en drukker De Leeuw het ambt van stads-courantier. Tegen de harde prijs van 1200 gulden per jaar mag niemand anders dan deze twee burgers in het rechtsgebied van de stad Utrecht een krant laten verschijnen. 
 
Ze noemen hun blad Utrechtsche Courant. Op 3 april 1797 verschijnt het eerste nummer. De drukpers werkt alleen op maandag, woensdag en vrijdag voor het maken van een aan weerszijden bedrukt vel papier. Hoofdmoot van het nieuws: mededelingen van de stad, de voorstellen van B&W, het woordelijk verslag van de raadsvergaderingen en andere stadse berichten. Maar de inlijving bij het Franse keizerrijk gaat voorbij. Prins Willem is terug en wordt Koning. De vrijheid van drukpers sinds 1798 is geweest. In Utrecht mag slechts één krant verschijnen, bij Van der Schroeft en De Leeuw. 
 
In 1816 wordt — met toestemming van het stadsbestuur — een redacteur aangesteld: de 24-jarige smidszoon Leonard Eduard Bosch. Op hem gaat geleidelijk aan de verantwoordelijkheid drukken voor de Utrechtsche Courant. Daarom besluiten B&W in 1831 Bosch te benoemen tot mede-courantier. De krant wordt voortaan uitgegeven bij Van der Schroeft Gz. en Bosch. 
 
Het redactielokaal is gevestigd op het woonadres van Bosch, Plompetorengracht 24, ook het adres voor het opgeven van advertenties. Na de dood van Van der Schroeft neemt Bosch de drukkerij van De Leeuw over. Op grondslag van de instructie van 1797 heeft hij de concessie om als enige in Utrecht een krant uit te geven. Daarmee is op 29 juli 1853 de krant van Bosch geboren, inmiddels sinds 1840 de Utrechtsche Provinciale en Stads-Courant.
De courant op 2 januari 1860
Bosch houdt de touwtjes strak in handen. Hij is hoofdredacteur van zijn blad en directeur van de drukkerij. Daar worden zijn krant, boeken en almanakken gedrukt.

Bosch doet iets vreemds. Hij schrijft namelijk brieven naar het stadsbestuur om concurrentie toe te laten! Hij vindt het monopolie van zijn courant in de stad achterhaald. Wel wil hij graag het alleenrecht houden op alle officiële publicaties. In 1857 krijgt hij dat alleenrecht voor slechts 200 gulden. Daar tegenover staat een vergoeding van 600 gulden voor het drukken en uitgeven van de verslagen van raadsvergaderingen. Dat contract is tot 1931 van kracht is gebleven!
 
In 1863 komt de courant dagelijks uit, de naam wijzigt in Utrechtsch Provinciaal en Stedelijk Dagblad. Die naam blijft het houden tot 1935. Het kantoor Plompetorengracht is al ingewisseld voor een kantoor aan de Oudegracht met de drukkerij aan de Lange Nieuwstraat.
 
Bosch is liefhebber van historie. Regelmatig staan zijn schrijfsels over de historie van de stad in zijn krant. De oude stads-courantier Bosch overlijdt in 1865 te Zeist, zijn opvolgers hebben zijn zaak met kracht uitgebouwd.  
Dit stuk is deels ontleend aan een herinneringsartikel uit 1960 in het Nieuw Utrechts Dagblad, ter gelegenheid van de verhuizing van de Oudegracht naar het toen nieuwe bedrijf op Kanaleneiland.

2012: de gemeente Utrecht drukt haar verplichte mededelingen nog tot in dat jaar af in een huis aan huis verspreid blad. Sinds 2013 gaat dat allemaal via het web. Daarmee eindigt een lange periode van mededelingen van de stad op papier. De verslagen van de raadsvergaderingen en raadsvoorstellen zijn al langer digitaal te lezen, vreemd genoeg op het web lastig te vinden.
 
Leonard Eduard Bosch was zoon van een smid. De smidswinkel van zijn ouders was in de Wittevrouwenstraat te vinden. De panden Wittevrouwenstraat 4 en 6 waren van de familie. Courantier Bosch heeft het geboortehuis nr. 6 altijd in eigendom gehouden tot zijn overlijden. Het huis werd verhuurd en was ook in die tijd een winkel.

.