De tram door de Wittevrouwenstraat

In 1878 gaat de stad Utrecht over op modern vervoer: het trekken van een koets op rails door paarden, ofwel de paardentram.
Tram op de lijn Utrecht-Zeist naar het Maliestation,
foto uit circa 1910 (HUA 3817)

Uit het oosten komt de Zeister paardentram die via de Biltstraat, Wittevrouwenstraat en Voorstraat naar het station van Utrecht rijdt. De tram komt voort uit particulier initiatief. Het systeem is in Engeland, het bakerland van de industrialisatie, uitgevonden en daar populair geworden. Nieuwsbladen schrijven met bewondering over de ‘tramway’. Ook in Utrecht maakt het veel los en er komen zelfs verschillende initiatiefnemers. Niets gebeurt er voordat gemeentelijke toestemming is verkregen.

Een zekere J.G. van Gendt krijgt In 1877 steun voor zijn plan van de gemeente. Van Gendt is ingenieur en Utrechter. Zijn plan is een paardentram van het station via de Wittevrouwenstraat over de singel naar het Maliestation. Hij verspeelt de steun van de gemeente als hij de lijn wil doortrekken naar De Bilt en Zeist.
 
Later in dat jaar krijgt Amsterdammer en hoofdambtenaar W.J. Visser wel een voorlopige concessie. Hij richt de ‘Stichtsche Tramway Maatschappij’ en met de uitgifte van aandelen financiert deze de aanleg van rails en de dienst begint.
De paardentram in de Wittevrouwenstraat, foto uit circa 1890
Dr. A. Van Hulzen heeft in 1987 in zijn boek ‘Utrecht en het verkeer’ uitgebreid de totstandkoming van het stadsvervoer beschreven. De nauwe straten, zoals de Viestraat, zijn stevige obstakels voor het groeiende verkeer. Met de tijd komt daar een oplossing voor. Hij verhaalt ook over de ondeugd van de jeugd: ze leggen klappertjes op de rails. Als de tram passeert, zorgt het lawaai voor schrik bij de paarden. Na de dood van een paard houdt het door voorlichting op de scholen op. Het sentiment van de meisjes ligt op die leeftijd tenslotte bij de paarden en daar moeten zelfs kwajongens rekening mee houden.

De paardentram is in 1907 vervangen door de elektrische tram met bovenleiding. Veel personeel krijgt ontslag. Ondernemers in de stad organiseren een soort outplacement traject, zij roepen o.a. met advertenties op tot het aannemen van oud medewerkers. In 1949 is het ook afgelopen met de elektrische tram. Het vervoer wordt overgenomen door de bus.
De elektrische tram in de Wittevrouwenstraat,  
foto uit 1949 van J. van den Berg (HUA 86089)
In 2001 neemt de stadspartij Leefbaar Utrecht voor het eerst deel aan het bestuur van de stad. De ambities zijn hoog en de beloften aan de kiezers navenant. De geplande trambaan is net daarvoor na politieke strijd, waarin D66 struikelt, een busbaan geworden. De plannen voor de niet minder omstreden busbaan door de binnenstad staan ook ter discussie. Leefbaar Utrecht eist een evaluatie, nogmaals overigens. De druk op de Nobelstraat zou verminderen met een retourbaan naar het station via de Biltstraat en de Wittevrouwenstraat / Voorstraat. De Wittevrouwenstraat wordt in afwachting van het onderzoek tijdelijk ingericht. Het riool is net vervangen en de rijbaan en parkeerhavens worden tijdelijk ingericht.

Leefbaar Utrecht heeft hoog van de toren geblazen, te hoog. Ze moet haar ideeën over de busbaan al binnen enkele jaren inslikken. Het Rijk financiert alleen bij een aanzienlijke tijdswinst voor het vervoer. Alleen met een vrije busbaan is dat het geval.
De herintroductie van de busbaan door de Wittevrouwenstraat gaat niet door. Met de inrichting van de straat is het pas in 2014 weer goed gekomen: toen heeft de straat de definitief bedoelde inrichting gekregen om al in 2020 weer vervangen te worden.

Bussen en/of trammen of niet, meer historie is in de Wittevrouwenstraat te vinden. Bij binnenkomst staat de Commiezenpost en de voormalige 'Spruyt van Orange' de bezoeker te verwelkomen.


.